Een paradijs en helse tochten
Maandag ga Luang Prabang verlaten. Ik verlaat de gebaande paden en ga naar Nong Khiaw. Een klein dorpje in, naar het schijnt, prachtige omgeving. Het is de bedoeling dat een tuktuk mij rond half
negen komt ophalen om mij naar het busstation te brengen. Daar zal de minibus om negen uur vertrekken naar Nong Khiaw. Om negen uur wacht ik nog steeds op de tuktuk die uiteindelijk om 9.10
arriveert. We rijden nog een rondje om andere mensen op te halen. Bij het busstation is het opnieuw weer proppen om iedereen met rugtassen in de bus te laten passen. Tegen tien uur vetrekken we.
Onderweg klets ik met en Amerikaanse die al een aantal jaar in Amsterdam woont. Tegen twee uur arriveren we ergens buiten Nong Khiaw. Ik deel een tuktuk met en aantal mensen die ook in mijn
guesthouse verblijven. Ik ben blij met mijn kamer. Vanaf mijn kleine balkon heb Ik net zocht op de rivier en en van de bergen. Ik heb trek en eet een heerlijke noedelsoep. Ik maak een praatje met
en Engels stel. Zij reizen 6 weken door Laos. Ze vragen naar mijn plannen in Nong Khiaw. Morgen wil ik een wandeling naar een uitkijkpost op Ć©Ć©n van de bergen maken. Zij gaan dezelfde wandeling
maken en nodigen mij uit om samen met hen te lopen. Wel zo gezellig. Het zijn hartelijke mensen en ik kan leuk met hen kletsen. De rest van de middag slentert ik door het dorpje en geniet van de
groene omgeving, bergen en de rivier Nam Ou. Ik maak twee keer een stop voor een mango shake maar verlaat ook twee keer en restaurant omdat niemand een bestelling komt opnemen. Gelukkig heb ik bij
de derde plek meer geluk. Bij mijn guesthouse maak ik een praatje met mijn Nederlandse buren. Zij reizen twee maanden door Aziƫ op de fiets! Ze vertellen leuk over hun reizen op de fiets. Ik heb
grote bewondering voor ze. Avonds eet ik Indiaas. Opnieuw moet ik heel veel geduld hebben. Het duurt heel lang voordat ik eet en lig desondanks lekker vroeg in mijn bed.
De volgende ochtend vertrek ik rond tien uur met Mariƫtte en Allan, het Engelse stel naar het uitkijkpunt. In het dorp zien we een oude vrouw garen spinnen, een andere bereidt rivierwier, een
specialiteit in Laos. Dan begint de tocht naar het uitkijkpunt. De wandeling moet ongeveer anderhalf uur duren. Al snel begint het klimmen. Na 10 minuten ben ik buiten ademen en na 15 minuten gutst
het zweet over mijn gezicht. Gelukkig zijn we vroeg begonnen en is het bewolkt vandaag. Het blijkt een helse klim te zijn. Af en toe moet ik mezelf tussen keien wringen. Ik moet goed kijken waar en
hoe ik mijn voeten neerzet. Ik ben blij wanneer ik MariĆ«tte weer āwaterbreak' hoor roepen. Dan geeft mij de mogelijkheid om een beetje op adem te komen. Na ruim anderhalf uur moeten we over puntige
rotsen klauteren maar dan zijn we er! Ondanks dat het bewolkt is, is het uitzicht prachtig. De rivier kun je goed zien. Als ook het dorp. Ik realiseer me hoe hoog we zijn geklommen. Ik ben erg blij
om andere (jongere) mensen net zo bezweet en buiten adem als ik de top zien te bereiken. Ondertussen vermaken wij ons met een Duitse man die de Laotiaanse gids instructies geeft om een foto van hem
te maken. Hij is niet snel tevreden. Heel uitvoerig legt hij uit welke impressie de gids, die er waarschijnlijk weinig van verstaat, moet vastleggen. De weg naar beneden gaat sneller maar is een
aanslag op mijn knieĆ«n. Rond Ć©Ć©n uur ās middags zijn we weer in het dorp. Met MariĆ«tte en Allan loop ik naar het bureau van Tiger Trail, een reisorganisator die trips verzorgt en een deel van hun
winst terug geeft aan de dorpen die zij bezoeken. Morgen willen we tour naar 100 watervallen maken. Het bureau is nog gesloten. Ik neem afscheid van Mariƫtte en Allan. Neem een douche en ga lekker
lunchen. Ik kom de Belg en Portugese tegen die ik tijdens de kookcursus heb ontmoet. We maken even een praatje. Ze zijn net aangekomen en moeten nog op zoek naar en slaapplaats. Voor de tour van
morgen waar we door de rivier moeten waden, koop ik voor ā¬2,50 een paar erg plastic sandalen. Het reisbureau is open en ik boek de tour. Op de lijst zie ik dat MariĆ«tte en Allan al hebben
geboekt.
Woensdagochtend meld ik me iets voor negen uur bij het reisbureau. Het is een grote groep voornamelijk hele jonge mensen. We beginnen met een en boottocht over de rivier. Dan komen we aan bij een
dorp. Het langzame leven wordt meteen duidelijk. Kinderen rennen rond, mannen en vrouwen hangen rond het dorpsplein om naar ons te kijken. Na een korte pauze begint de wandeling over het
platteland. Af en toe komen we waterbuffels tegen en lopen we langs droge rijstvelden. De grond is hier zo vruchtbaar dat de bewoners maar Ć©Ć©n keer per jaar rijst planten, vertelt de gids. Dan
lopen we het bos in een steken smalle kreekjes over. De kreekjes worden breder en de stenen veranderen in rotsen en grote keien. We komen aan bij het punt dat we de rivier in gaan. Van waden door
de rivier blijkt geen sprake. Tot mijn grote schrik blijkt dat we tegen de keien van de waterval moeten opklimmen. Mijn plastic sandalen blijken hier niet geschikt voor. Om de haverklap schiet en
groot deel van mijn tenen uit het dunne bandje. Ik besluit mijn gympen maar weer aan te trekken. Dat maakt het iets makkelijker maar het klimmen, blijft een opgave. Net als de dag er voor beginnen
ik al snel enorm te zweten. Wat zweet jij, zegt een Nederlandse vrouw van mijn leeftijd. Op de lijst heb ik gezien hoe oud je bent. Het is de overgang, ik ken het, ratelt ze door. She sweating
because of her age legt ze nog even aan de gids uit. Ik wil nog uit leggen dat het vooral mijn slechte conditie is maar besluit er niet verder op in te gaan. Al zweet ze niet zo erg als ik heeft
Mariƫtte ook moeite met het klimmen op de glibberige keien. Ik blijk een gewilde prooi voor bloedzuigers. De hele kleintjes kan ik makkelijk van mijn benen af slaan. Maar regelmatig zitten er ook
dikke bloedzuigers op mijn been. Ze doen hun naam eer aan en zuigen zich echt vast. Met moeite trek ik ze van mijn benen. Ik weet niet of de kleine krengen kaken hebben maar ze bijten kleine
wondjes in mijn been. De straaltjes bloed lopen langs mijn been. Na veel te lang klimmen, komen we bij een waterval die erg tegen valt. We klimmen nog iets naar boven en hebben een prachtig
uitzicht. Krijgen een lunch geserveerd in bananenbladeren. Dan dalen we weer af naar beneden. Gelukkig over een zandpad. Desondanks een aardig lange afdaling. In het dorp lopen we nog wat rond. Ik
vermaak me met de verlegen kinderen. We varen terug en stoppen nog bij en grot. Mariƫtte en ik geloven het wel. Met moeite klimmen we de grot in, maken snel en rondje en besluiten en kopje thee te
gaan drinken. Helaas voor onsā¦ nog voor ons kopje thee er is, keert de rest van de groep alweer terug. Na 10 minuten varen, zijn we alweer terug ijn Nong Khiaw. Ik heb natuurlijk weer trek. Ik ga
naar het restaurantje waar ik gisteravond heb gegeten. Bestel verse springrolls. Terwijl ik buiten in afwachting van mijn eten een sigaretje sta te roken, kom ik Ć©Ć©n van de Franse meisjes van de
kookcursus tegen. Tijdens de kookcursus werd ze ziek en dat is ze nog steeds. Ik houd wat afstand wat ze ziet er erg koortsig uit. Ze begint zich wat zorgen te maken. Ook omdat ze gisteren is flauw
gevallen. Morgen reist ze terug naar Luang Prabang om naar een dokter te gaan. Zij gaat weer terug naar bed en ik naar mijn springrolls. Terwijl ik de eerste hap neem, komt haar vriendin binnen
lopen en komt bij me zitten. Ze vertelt over hun bezoek aan Muang Ngoi. Dit is mijn volgende bestemming. Ze geeft mij wat tips. Uit haar verhalen maak ik op dat en bezoek van anderhalve of maximaal
twee dagen meer dan genoeg is. Haar zieke vriendin is ook binnen gelopen en komt bij ons zitten. Al snel gaat het over de kookcursus en de twee joodse vrouwen. Vooral het vissaus-incident is reden
voor veel plezier. EĆ©n van de Franse meisje kan haar erg goed na doen. Ik neem afscheid van ze omdat ik verlang na een warme douche. Na wat chillen is het tijd voor het avondeten. Ik stap mijn
kamer uit een schrik me een ongeluk. Ik weet niet wat er in 2 uur is gebeurd maar het is steenkoud! Ik vis mijn spijkerbroek en een shirt met lange mouwen uit mijn rugtas. Omdat mijn gympen nog nat
zijn, ga ik de straat op met slippers en sokken, erg charmant. De meeste restaurants bestaan alleen uit een terras. Alex restaurant is een bamboehut. Niet heel warm maar ik zit wel binnen. Dat
dachten meer mensen. Het is er erg druk. Veel verkleumde mensen. Heel wonderlijkā¦ de aanblik van dik ingepakte toeristen. Ik deel en tafel met en Spaanse vrouw. Haar vriendin is eerder terug naar
guesthouse gegaan omdat zij ziek is. We kletsen gezellig. Maar de kou is mij te gortig en keer na het eten naar mijn guesthouse en ik duik mijn bed in.
Reacties
Reacties
Genoten van je schrijven, meeeeeer
Eindelijk een van je verhalen gelezen, wat een avontuur! Heel boeiend om te lezen. Geniet er nog van en lieve groetjes, Lia
Hi Marisca ! Heb dit weekeinde de tijd genomen om lekker al je verhalen achter elkaar te lezen en je foto's te bekijken: prachtig weer ! Echt genoten, zie al je avonturen voor me maar zeker ook de lekker slome uren op slaperige plekken. Heerlijk ! Geniet & laat ons meegenueten ! Groet uit Amsterdam (ook tegen de 0 graden C trouwens).
Lieve Maris,
Ik zeg ...levensgevaarlijk, nooit meer doen!! Maar o wat ben ik trots op je!
Geniet, en ga een boek schrijven want ik wil meer lezen. Doe voorzichtig!! X
Dag Marisca, wel uitkijken hoor met die bloedzuigerbeenwonden ( 3 x ww) met liefs van Lies
Reageer
Laat een reactie achter!
- {{ error }}