Galle
Maandag ontbijt ik nog gezellig met Martine en Paul. Ik kan rustig mijn tas inpakken. Vandaag reis ik door naar Galle, een uurtje van Mirissa. Voor een keer sla ik de bus over en ga ik lekker met de tuktuk. Martine en Paul rijden een stukje mee naar het treinstation in het volgende dorp. Dit in de hoop om treinkaartjes te kunnen kopen voor de treinreis van Ella naar Kandy. Rond elf uur neem ik afscheid van Indica en Aspera. Ik heb genoten. Het waren gezellige dagen. Martine en Paul zet ik af bij het treinstation. In mei zijn ze een dagje in Amsterdam. We spreken af elkaar dan te ontmoeten.
In Galle, wat qua overnachten etc. een stuk duurder is, trakteer ik mezelf iets boven het budget, op een kamer in een eclectisch ingericht guesthouse. Ik ben blij met mijn keuze. Het is er huiselijk en kleurrijk ingericht. Na een kopje thee ga ik nar buiten. Ik ga naar de markt. Eerder is het mij al opgevallen dat de markten hier klein zijn. Het is warm, heel erg warm. Na een uurtje lopen, staat het zweet op mijn rug. Ik loop naar het treinstation in het ‘moderne’ gedeelte van Galle. Hier in de buurt moet een leuk cafeetje zitten, heb ik gelezen in het leuke informatieboek van mijn guesthouse. Ik vind het snel. Het ziet er leuk uit. Beneden hebben ze winkel en boven zit het café. Ik mijd de warmte buiten en zit lekker binnen te lezen lang te lezen. Natuurlijk eet ik wat. Aan het begin van de avond ga ik lopend terug naar mijn guesthouse. Het is alweer wat afgekoeld maar nog steeds heerlijk warm. Ik nestel mezelf op een van de banken in de tuin. In mijn guesthouse staat een koelkast waar je zelf een drankje uit kan pakken. In een boekje kun je de gedronken drankjes bijhouden. De honestybar! Ik geniet van een wijntje en schrijf mijn vorige verhaal. Ik krijg een whatsapp van Janneke. We zouden elkaar morgen treffen om samen Galle fort te bezoeken. Ze heeft iets verkeerds gegeten. Ze wil de afspraak een dagje verplaatsen. Helaas kan ik niet. Ik ga woensdag naar Negombo mijn laatste stop. Jammer dat we elkaar niet meer ontmoeten. Ik maak ondertussen een praatje met een van de medewerkers. Hij werkt hier samen met zijn zus, de assistent-manager. Hij doet allerlei klusjes. Of ik ook christen ben, vraagt hij. Hij is christen, zegt hij vol trots. Boeddhisten zijn de grootste groep in Sri Lanka. Hij woont alleen met vier honden. Ik denk dat hij ergens halverwege de vijftig is. In het guesthouse zorgt hij ook voor een hond. Ik loop mee om naar de hond te kijken. Hij kletst gezellig verder. Als ik naar huis ga, gaat de hond naar de tempel om te slapen, vertelt hij lachend.
Wanneer ik voor het slapen gaan nog een sigaretje ga roken, hoor ik smakelijk gelach. In de tuin zitten drie vrouwen. Ik weet niet goed of het Srilankaanse of Indiase vrouwen zijn. Ze praten Engels met elkaar. Het opvallende vind ik dat ze roken en drinken een wijntje. Uit de korte gesprekjes van die avond en die de komende dag nog zullen volgen, begrijp ik dat een van hen in Canada woont. Ze komen vaker naar Galle voor het strand. Een ander werkt bij een bank in Colombo. Ze genieten van het leven en van elkaars gezelschap. Er wordt veel gelachen.
De volgende dag sta ik vroeg op. Voor de ergste hitte wil ik naar fort Galle. De Nederlanders hebben dit fort gebouwd. Met de tuktuk ga ik naar dit oude gedeelte van Galle. Ik wandel op mijn gemak over de vestingmuur. Vandaag is een feestdag en het is er druk. Ook met westerse toeristen. Voor het eerst deze vakantie zie ik veel Srilankanen op het strand en in zee. Maak af en toe een stop voor een verkoelend drankje. Wandel door de Leybaanstraat en bezoek een kerk met Nederlandse graven. Eet een vegetarische curry met een lekkere roti. Ik maak een praatje met een jongen die met zijn broer en een vriend op een gevaarlijk punt met veel rotsen de zee in springt. Ze springen rond zonondergang. Of ik kom kijken? Ik lach vriendelijk maar denk van niet. Het informatieboek had mij al gewaarschuwd voor aanhoudende tuktukchauffeurs die ritjes door het fort aanbieden. Het zijn er veel maar met een vriendelijk ‘no thank you’ nemen ze genoegen. Dus het valt mij reuze mee. Het wordt warm. Ik ga schuilen op een bankje in een galerij. Het is er koel. Ik kijk uit op een plein waar cricket wordt gespeeld. Degene die mij kennen, weten dat ik niets met sport heb. Op een of andere manier fascineert het spel. Ik kan er geen logica in ontdekken. Het is niet heel inspannend. Af en toe wordt er een balletje geslagen en je hoeft niet heel hard te rennen. Voor de rest staan ze veel stil. De rust wordt verstoord door een aanhoudende tuktukchauffeur. Want tuktuk? In het informatieboek van mijn guesthouse heb ik gelezen dat je van de tuktukchauffeurs af komt door épa!’ te roepen. Een soort van laat me met rust. Het blijkt een magisch woord. Als een haas gaat hij er vandoor. Ik moet er smakelijk om lachen. Morgen reis ik naar Negombo. De treinreis langs de kust schijnt mooi te zijn. Je schijnt ook luxere bussen die over de snelweg gaan, te hebben. Bij mijn guesthouse doe ik navraag. Ik kan het beste met de highwaybus naar Mahagama en dan met de tuktuk naar Negombo, vertelt een medewerker. 600 roepie! Ik kijk nog een keer op de kaart. Van Mahagama naar Negombo is zeker 110 kilometer. Dat is zeker geen ritje van 600 roepie (€ 3,-). Ik speur het internet af maar wordt niet veel wijzer. In de keuken zit een oudere Engelse dame en jong meisje. Van hen krijg ik de tip om met de bus te gaan en in Mahagama overstappen op de bus naar Negombo. De highwaybus vertrekt ieder kwartier. Ik ga mijn rugtas inpakken. Dat duurt dit keer langer. Ik voelde me hier kennelijk thuis. Dan pak ik veel uit. Nu hangen er veel kledingstukken over de vele leuke haakjes in mijn kamer. Ik kan lekker op mijn gemak doen de volgende ochtend. Ik ontbijt en klets nog met de oudere Engelse dame. Om half tien zit ik in de tuktuk. Bij het busstation word ik afgezet bij de luxebussen. Voor het eerst deze vakantie zie ik luxe toeringcarbussen. Mijn bus lijkt te vertrekken. Ik tik nog op het raampje van de optrekkende bus. Dan word ik op mijn schouder getikt. Er staat een rij. De bus zit kennelijk vol. Ik word gewenkt dat ik achter aan kan sluiten. Dat geeft de burger moed. Kennelijk geen geprop met mensen in deze bus. Tien minuten later, net wanneer ik het heel warm begin te krijgen, komt een nieuwe bus voorrijden. Mijn rugtas gaat in het ruim en ik neem plaats in een luxe bus met airco. De rit duurt zo een anderhalf uur. Ik kom aan in een drukke stad. Aan de jongeman die naast me zit, vraag ik waar ik op de bus naar Negombo kan stappen. Ik help je zegt hij in gebrekkige Engels. Ik krijg mijn tas. Of ik wil lopen of met de tuktuk. Het is warm en mijn rugtas lijkt zwaarder. Ik kies voor de tuktuk. Hij overlegt met de chauffeur. Voor 100,- roepie brengt hij je naar de bus. Fijne dag nog, roept hij terwijl in de mensenmassa verdwijnt. Nog geen vijf minuten later kom ik aan op rommelig plein. Vol met bussen en veel winkels en wat groentekramen. Hier stopt de bus naar Negombo. Ik vraagt het aan een man die bij een minibus staat. Over anderhalf uur vertrekt de bus. Ik heb wel trek. Er is een KFC in de buurt, zie ik op maps.me. Die is net even te ver om met bepakking naar toe te lopen. Ik loop nog even in de buurt rond. Vind een eethuisje. Eet een samosa en drink er een zoet chemisch en erg oranje drankje bij. De bus moet om half twee vertrekken. Voor de zekerheid loop ik tegen enen terug naar het busstation. Ik vraag het nog een keer. Om half twee vertrekt mijn bus. Ik loop weg. En hij roept mij terug. Ik kan een stuk mee met deze bus en dan overstappen. De aanblik van een kleine luxe bus laat mij snel beslissen. Ik stap in. Nog geen tien minuten later vertrekken wij. De rijden de drukke stad uit en al snel door dorpjes. Het is een mooie rit. Na ruim een uur rijden we een grotere plaats binnen. De bijrijder wenkt me. Ik moet er zo uit. Hij hangt uit het busje en roept iets naar een andere minibus. Ik stap uit de bus, krijg snel mijn rugtas. De bijrijder wijst naar een minibus; Negombo. Ik trek een sprintje, op mijn manier, en spring in de bus die staat te wachten. Na een uurtje kom ik aan in het drukke centrum van Negombo. Ik ga eerst op zoek naar sigaretten en daarna een tuktuk. Ik heb iets geboekt wat wel heel afgelegen blijkt te liggen. Het is er wel heerlijk rustig en ik heb een landelijk uitzicht en niet te vergeten een ruime mooie kamer.
Reacties
Reacties
Word vervolgd??!!!
Je moet heel veel regelen voor het reizen.
Reageer
Laat een reactie achter!
- {{ error }}