mariscaj.reismee.nl

Van lui naar actief en van warm naar kou

De rest van de dinsdag breng ik door in hetzelfde rustige tempo. Ik lig in de hangmat, lees, geniet nog even van het mooie uitzicht. Ik maak een praatje met een Spanjaard die als fraudebestrijder bij Amazon werkt en dit kan combineren met reizen. Het blijft een bewolkte regenachtige dag. Ik pak mijn koffer alvast in. ’s Avonds eet ik samen met een Ierse vrouw van mijn leeftijd. Zij is eerder op de dag aangekomen. Dit is haar tweede solo reis. We kletsen gezellig. Ze vertelt over het zware leven in Ierland. Ze woont samen met haar twee volwassen kinderen en haar moeder op het platteland. Hoewel zij de oudste van 8 kinderen is, zorgt zij grotendeels voor haar moeder. Ook Ierland kent een wooncrisis en voor haar kinderen is het niet mogelijk een betaalbare woning te vinden. Zelf hoopt ze na haar pensioen in Thailand te gaan wonen.

De volgende morgen word ik, drie kwartier later dan gepland, opgehaald. Tijdens het wachten ontmoet ik Daniel, een Duitse man van begin 40 die ook naar Bangkok reist. Daniel heeft een korte tijd in Nederland gewoond en spreekt nog een beetje Nederlands maar moet al snel weer overschakelen naar het Engels. Hij is dol op reizen en heeft al 40 landen bezocht, vertelt hij trots. ‘Ik neem regelmatig ontslag en dan vertrek ik weer voor langere tijd’. Zuidoost Azië heeft zijn voorkeur. Hij is een week hier geweest en heeft onder andere gedoken. Zijn volgende bestemming is Krabi, in het zuiden van Thailand. Daniel blijkt een enorme klets majoor. Zelf valt het mij op hoe snel je persoonlijke gesprekken met vreemden kan hebben tijdens het reizen. Daniel heeft het niet makkelijk gehad in het leven. Hij is opgegroeid met een alcohol verslaafde moeder en een aan drugsverslaafde broer. Desondanks maakt hij geen verbitterde indruk. Hij woont op het platteland in Beieren een geeft een paar keer in de week natuurles, een soort biologie, aan tieners. ‘We gaan altijd naar buiten en ik begin de les met alle mobieltjes in beslag te nemen.’

De aansluiting is dit keer een stuk beter. De boot vertrekt na 10 minuten. Toch duurt de reis zo’n 9 uur. Daniel vertelt een hele slechte slaper te zijn en dat blijkt. Hij doet geen dutjes een zodra ik mijn ogen open, begint hij weer met kletsen. In Bangkok nemen we afscheid. Hij heeft iets geboekt op een slaapzaal. Iets waar ik niet aan moet denken.

Na alle stilte en rust, is het lekker om weer in een stad te zijn. Ik ga snel wat eten en zelfs een beetje uit. Dat wil zeggen dat ik in één van de cafés naar een bandje luister. De volgende dag ben ik op dreef. Ik vind een markt in de buurt, ontbijt met gestoomde kool met krokante buikspek, rijst en een rode Fanta. Ik loop naar het Nationaal museum en breng daar een groot gedeelte van de middag door. Ik geniet vooral van de grote collectie boeddha’s. Deze heerlijke dag sluit ik af met mijn duurste maaltijd tot nu toe. Ik betaal € 20,- voor een pizza, salade met mozzarella/ tomaat en een rozen lychee drankje (geen aanrader) in een hip restaurant. Om half negen lig ik in bed. De wekker gaat morgenochtend om 3.30 uur. Om 7 uur vlieg ik naar Hanoi. Ik heb er zin in. Al zal het verschil in temperatuur huiveringwekkend zijn. In Hanoi is het 10 graden.

Om 8.30 uur landen we in Hanoi. Bij de douane gaat het redelijk snel. Ik koop een simkaart en pin. Het lastige is dat je bij een beperkt aantal banken meer dan € 75 (=2 miljoen dong) kan pinnen. Een van die banken vinden in Hanoi is een van de eerst volgende missies. Wanneer ik naar buiten loop voel ik de kou. In eerste instantie kan ik het aan. Maar wanneer ik, na het achter laten van mijn koffer in m’n hotel, aan een wandeling begin denk ik hier toch anders over. Ik eet een heerlijk broodje met een koud drankje bij een van de eettentjes op straat. Ik voel dat het tijd is voor een binnen activiteit en besluit mezelf te verwennen. Google is altijd de redder in nood; op loopafstand is een nagelstudio met goede recensies. Ik krijg een manicure en mijn nagels worden gelakt. Ze nemen hun taak serieus. De ouderdomsribbels worden weg geschuurd, er wordt geknipt, gevijld en na ieder laagje nagellak worden mijn nagels onder een lamp gedroogd. Ik hoop dat het me zal lukken om ooit de, ingebrande?, lak van mijn nagels te krijgen. Na dit cadeautje heb ik er meer zin in. Ik vind het heerlijk om hier weer te zijn. Al die scooters, het getoeter. Ik maak een flinke wandeling en een waterig zonnetje breekt door. Het is vier uur ’s middags wanneer ik bij mijn hotel aankom. Ik krijg een vriendelijk ontvangst en ik heb een lekkere kamer. Wanneer ik net m’n schoenen uitdoe, videobelt Anne. In Nederland is het warmer maar het regent, laat Anne mij zien.

Ik heb voor 2 nachten geboekt. Ondanks de kou boek ik er nog een nachtje bij. Ik heb geen zin in haasten. Ik weet dat ik vanwege het weer richting het zuiden ga. Op m’n volgende bestemming is het nu 25 graden. Dat geeft de burger moed. Ik tut nog wat een moet moed verzamelen om weer op pad te gaan voor het avondeten. Bij restaurant van eerste keuze kan ik alleen op het balkon zitten. Mij te koud. Al snel vind ik iets anders wat ik gewoon binnen kan zitten. Ik eet lekker naar ga weer snel naar mijn hotel. Het was een lange dag. Ik schrijf het laatste stukje van dit verhaal en verheug me op de warme douche die ik zo ga nemen.





Luieren en klaar zijn met luieren

Na de aanrijding van een dag eerder besluit ik op maandag gewoon lopend naar het strand te gaan. Aan de andere kant van m’n resort ligt mooi strand. Het is een wandeling van 15 minuutjes met klimmen en dalen maar het is goed te doen. Het landschap is mooi; grote keien, rotsen en veel groen. Op een kei zitten 2 aapjes. Het strand is prachtig met heel fijn zand en de zee is heerlijk. Dinsdag moet ik me alweer voorbereiden op m’n aankomend vertrek. Ik breng toch alweer ruim een kilo was weg. Lunch met Thomas. Boek een kamer in Bangkok voor één nacht en de reis naar de volgende bestemming Koh Kood. Ik zie op tegen de reis die bijna 10 uur gaat duren. Woensdag is de laatste dag. Ik geniet van strand en zee. Donderdagochtend neem ik afscheid van deze heerlijke plek. Thomas haalt me vroeg op voor een ontbijt en zet me af op de pier. Op het kleine vliegveld van Koh Samui blijkt dat ik drie kwartier vertraging heb. Van de taxichauffeur in Bangkok krijg ik een compliment over mijn hotelkeuze. Very nice hotel. Ik ben wat verbaasd om ik iets simpel heb geboekt. Maar snap de verwarring wanneer hij, na een lange rit, bij een heel chique hotel stopt. Dit is niet mijn hotel. Ruim een half uur later word ik, door een inmiddels minder vrolijke chauffeur, afgezet bij het juiste hotel. Ik ga alvast op zoek naar het verzamelpunt voor morgenochtend. Het zit gelukkig op loopafstand van mijn hotel. Ik eet bij de Burgerking, ook weer erg lekker en ga vroeg slapen. Om kwart voor vijf in de ochtend sta ik alweer bij het verzamelpunt. Het wordt een lange reis. We maken 2 keer een stop om te plassen en wat te eten. De meest veilige keuze lijkt een paar bananen en wat biscuits. Ik moet 2 uur wachten op de aansluiting met de boot. Zo'n 12 uur later kom ik eindelijk aan. Ik ben kapot. Ik heb een heerlijk houten hutje en kijk uit op een prachtige tuin wat vogels vrolijk fluiten en grote vlinders rond vliegen. De volgende dag ga ik, op de scooter, op pad. Ik heb al meteen ruzie met een onbemande pomp die 60 bah opeet maar mij geen benzine geeft. Bij de 2e poging heb ik meer geluk. Met een redelijk volle tank ga ik op pad. Heel relaxed vind ik het niet. Vooral na een bocht vergeet ik dat het links rijdend verkeer is en rijd ik vrolijk rechts. Gelukkig is het heel rustig en zie ik aan tegemoet komend verkeer dat ik aan de verkeerde kant rijd. Ik bezoek een mooi en vooral erg rustig strand. Koh Kood is veel groter dan verwacht. Er zijn geen supermarkten en geen pinautomaten. Na een tweede dag op de scooter geloof ik het wel. Fietsen en wandelen past meer bij mij. Ik breng de middag door op een heerlijk strand. Vermaak me met krabbetjes in geleende schelpen. Maandag slaat de verveling toe. Ik heb geen zin in rond rijden. Gelukkig heb ik een heerlijk balkon met hangmat. Ik heb voor 4 dagen geboekt en daarna geen plannen. Ik heb nog 2 dagen te gaan en het voelt toch een beetje alsof ik die moet uitzitten. Ook moet ik wat keuzes maken. Ik twijfel of ik zal doorreizen naar Cambodja of Vietnam. Laos valt af omdat er geen stranden zijn. Ik besluit maar Vietnam te gaan. Ik heb genoeg geluierd een ben wel toe aan wat meer actie. Voor de zekerheid heb ik voor vertrek een visum voor Vietnam aangevraagd. Bij overige landen kan je een visum bij aankomst krijgen. Mijn visum gaat 26 januari in. Ik weet dat ik niet op dit eiland ga wachten. Ik boek een ticket terug naar Bangkok. Moet daar een dag overbruggen en boek een vlucht naar Hanoi. Ik was blij met de prijs van het ticket maar moet flink bij betalen voor mijn koffer. Anne belt en we kletsen lange tijd bij. Nadat ik heb opgehangen, belt Thomas om te vragen hoe het gaat. Hij is trots op mijn scooter vorderingen en maakt plannen dat we samen op de scooter gaan rijden wanneer ik eind februari hem weer kom opzoeken. Vrolijk vertelt hij over zijn trip naar Europa eind augustus die hij net heeft geboekt. Hij komt me een paar dagen opzoeken in Amsterdam. De telefoontjes zijn een boost die ik nodig had. Ik eet een heerlijke panangcurry en lig vroeg in bed om nog lang naar Netflix te kijken.

Vandaag, 23 januari is het bewolkt en al snel gaat het regenen. Ik ga ontbijten en klets met een Ierse vrouw die net is aangekomen. Of ze kan scooter rijden, vraagt de eigenaar. Nee, maar ik wil het wel proberen. Geen goed idee vindt de eigenaar. Er is een strand op loopafstand en hij kan haar de komende dagen bij stranden afzetten en ophalen. In mijn hangmat schrijf ik dit verhaal. En kijk gefascineerd hoe de buurman met een lange stok kokosnoten oogst. De zon begint en beetje schijnen en ik besluit heerlijk in de hangmat te blijven liggen.






Luieren en scooterdilemma's

Thuis heb ik een wekker met vogelgeluiden. Ook deze ochtend word ik wakker met het vrolijke geluid van vogels maar deze zijn echt. Het prettigst is dat ik niet meteen mijn bed uit hoef.

Van Thomas krijg ik een bericht of ik vanmiddag met hem wel lunchen. Ik tut en luier, maak een wandeling over het resort. Het ligt aan twee kleine strandjes die niet echt heel uitnodigend zijn. Aan het begin van de middag wandel ik naar het dorp. Ik heb een gezellige lunch met Thomas en we kletsen lekker bij.

Ik heb niets met scooters maar merkte de laatste vakantie op dat het toch handig kan zijn om er een te huren. Vlak voor deze vakantie heb ik een aantal lessen gevolgd. Het is hier rustig en regelmatig zie ik toeristen op een bejaardentempo op een scooter voorbij rijden.

Zaterdag ben ik lekker op dreef. Ik ga vroeg ontbijten in het dorp. Wanneer ik er ben, besef ik me dat het wel handig was geweest om zwemkleding, etc. mee te nemen. Ik blijf te lang lezen en verzamel ondertussen moed om m'n zwemkleding op te halen. Wanneer ik weer bij mijn kamer ben, twijfel ik of ik een scooter zal huren. Op een bed op het ministrand denk ik nog lang over mijn besluit. Het resort ligt tegen een berg. De eerste horde die ik zal moeten nemen, is een hele steile helling. Ik ben er uit. Ik heb nog niet voldoende moed verzameld. Pak m'n spullen en loop naar het strand. Het is een wandeling van een half uur, vertelt Google maps. Om bij het strand te komen, moet ik ergens wat rotsen en stenen afdalen, weet ik nog van de vorige keer. Langs een smalle strook strand bereik je het brede gedeelte. Wanneer ik er aan kom, blijkt er iets met het getij. Geen strook strand is zichbaar alleen maar zee. Teleurgesteld besluit ik te gaan eten. De inktvis maakt veel goed. Bij de supermarkt haal ik een maaltijd salade voor vanavond. Over bestek heb ik niet nagedacht, zal later blijken wanneer ik de salade met een theelepel moet opeten.

Zondag is de verjaardag van Thomas. Hij viert het met een lunch. Hij belt al vroeg. Twee mensen hebben zich afgemeld vanwege de griep. Hij is wat nerveus. We ontbijten samen. Je moet snel gaan scooterrijden, zegt Thomas. Anders wordt de angst groter. Hij maakt plannen dat ik morgen zijn scooter kan lenen. Ik huur toch liever een scooter maar daar wil hij niet weten. Dan ga je een paar uurtjes rijden en laat je de scooter in het dorp achter, kletst hij vrolijk verder.

Na het ontbijt zet Thomas mij af om me een paar uur later weer op te halen. We gaan een vriendin van hem en haar zoon ophalen. Daarna rijden we door naar het restaurant is het plan. Thomas laat zien welke weg ik kan nemen om bij zijn huis te komen. Ik krijg tips over hoe ik het beste kan voorsorteren. We rijden over het met toeristische Deel van het eiland. Het is hier ontzettend druk. Vanuit mijn ooghoeken zie ik hoe een scooterrijder, aan de andere kant van de weg, slipt. In slowmotion zie ik hoe hij de controle over het voertuig verliest. Op z'n gezicht lees verschillende fases van paniek af. Hij schiet onze kant op, komt tot stilstand tegen de auto van Thomas en met een smak knalt hij op de motorkap. In shock stappen we uit. De man zit aan de kant van de weg. Hij bloedt bij z'n knie maar wenkt dat het gaat. Ook met z'n hoofd gebaren we. Hij knikt. Een ambulance is niet nodig en geen politie. Hij gaat z'n manager bellen die zal de kosten vergoeden. Zijn scooter ligt voor de auto. Het verkeer komt weer op gang. Het valt me op dat niemand helpt. Thomas en ik proberen de scooter die brandstof lekt op te tillen maar die is best zwaar. Gelukkig komt een man ons helpen. Ik vis een van de slippers van de aangereden man uit de bumper van Thomas’ auto. Al snel verschijnen er mensen aan op scooters. Het zijn familieleden en collega's van de aangereden man. Het gaat beter met de aangereden man. Hij wordt achterop gezet. Wij volgen hen om wat zaken af te handelen. We belanden op een, in de woorden van Thomas, ‘shabby resort’ .Hier wordt geen schadeformulier ingevuld bij een ongeluk. Thomas krijgt een kaartje van de manager en de belofte dat hij de schade gaat betalen. Dat is ook voor hem voldoende.

Een kwartier te laat komt Thomas aan op z'n eigen feestje. We zijn met 7-en. Een aantal ken ik van eerdere bezoeken. Het is gezellig. Ik klets met een vriendin uit Nieuw Zeeland. Zij woont sinds 4 jaar noodgedwongen op het eiland. Begin 2020 zijn ze, haar man en destijds 10 jarige zoon, voor onbepaalde tijd op reis gegaan. Het doel was Thailand om daarna door te reizen naar Engeland. Door covid zijn ze op Koh Phangan gestrand. Terugkeer naar Nieuw Zeeland was vanwege het strenge beleid niet mogelijk. Ze hebben 14 maanden in een hotel gewoond. Uiteindelijk hebben ze besloten om hier te blijven. Ze hebben nog een bedrijf maar dat runnen vanaf een afstand en een groot gedeelte is online. Met hun zoon van inmiddels 14 heb ik een beetje te doen. Hij volgt alleen online Nieuw Zeelands onderwijs en heeft geen contact met leeftijdsgenoten. Het is een gezellige middag. Met Manel, een vriendin van Thomas, gaan we nog naar zijn huis voor een borrel. Rond half tien zet de taxi me af bij mijn hotel. Onder het genot van alle geluiden overpeins ik deze dag. Het was een enerverende.




Het lange en luie avontuur

Op vrijdag 5 januari vanaf 17 uur kan ik het niet laten om met enige regelmaat een vreugdedans te maken. Dit houd ik vol tot maandagmiddag. De reden voor al het plezier; een reis natuurlijk. Dit keer een hele lange!! Twee maanden dit keer. Ik heb getwijfeld over de bestemming. Is het tijd om een nieuw continent ontdekken? Ik maak een mini wereldreis op het internet. Ik heb vooral zin in heel weinig doen en moeten in een traag tempo. Dus besluit ik opnieuw naar Azië te gaan. Het is bekend terrein waar ik al veel heb gezien. Dit keer ga ik zonder een duidelijke bestemming. Ik laat mijn zin bepalen waar ik naar toe ga.

Ik maak een plan voor de eerste twee weken en de laatste week. Ik ga Thomas bezoeken en z’n verjaardag vieren. Ik blijf er een week. Daarna reis ik door naar een ander eiland. Vandaar zie ik wel wat de volgende bestemming wordt.

De reis valt me erg tegen. Er was een tijd dat ik het vliegtuig instapte, in slaap viel en in gunstige gevallen een paar uur voor de landing weer wakker werd. Dat lukt niet meer. Ik knikkebol een paar uurtjes en de vlucht lijkt eeuwen te duren. Aan het eind van de middag kom ik aan bij m'n hotel In Bangkok. Ik wandel door de buurt, eet m'n eerste massaman curry om rond zeven uur m'n bed in te duiken.

Ondanks een nachtrust van meer dan 12 uur ben ik woensdagochtend nog steeds moe. Ik ga ontbijten maak een korte wandeling door de buurt. Het is een lekkere rustige buurt. Ik kan helaas geen markt op loopafstand vinden en besluit toe te geven aan m'n moeheid. Als een gelukkig prinsesje breng ik de middag door in bed. Tot mijn grote spijt blijkt HBO max nog niet actief en doet de app het niet. Desalniettemin vermaak ik me goed met Netflix afgewisseld met dutjes. Dan is het tijd voor het avondeten. Bij de 7/11 supermarkt sla ik proviand in. Morgen moet ik vroeg opstaan voor het volgende deel van de reis.

Donderdagochtend word ik in 6.30 uur door de taxi opgehaald. Drie kwartier later ben ik op het vliegveld. Een grote zak M&M’s, mijn sleutelbos zorgen voor net teveel kilo's en op het vliegveld prop ik deze nog in m'n handbagage. In mijn bagage zeul ik 2 pakken hagelslag en 2 potten sandwichspread voor Thomas mee die toch voor wat gewicht zorgen.

De ingekochte croissantjes blijken naar smakende hompen deeg dus koop ik een veel te duur broodje op het vliegveld. Tot mijn verbazing krijg ik tijdens de 1,5 uur durende vlucht eten. Ik klets met een Amerikaan van rond de 30 jaar die met zijn zus en ouders op vakantie is. In 2 weken bezoeken ze Bali en Thailand. Voor hem zit de reis er bijna op. Nog een paar dagen op Koh Samui en dan gaan ze weer terug.

Helaas moet ik ruim 3 uur op de eerstvolgende boot wachten. De overtocht duurt nog geen drie kwartier. Wanneer we aanmeren, zie ik de oranje pick-up van Thomas al staan. Onze ontmoeting is van korte duur. Er moet iets gerepareerd worden in de woning van Thomas en hij moet snel weer terug. Hij zet mij af bij m'n resort, net buiten Chaloklum. Ik ben blij. Ik heb een ruim huisje met een heerlijk balkon. Het enige wat mist is de hangmat.

Ik verruil m'n gympen voor slippers en mijn lange broek voor een korte. Het is 15 minuten lopen naar het dorp. Het zandpad vind ik al snel. Ik loop langs een bouwplaats. Op een bord zie ik een plaatje van de, lelijke, witte villa's die tegen de heuvels aan worden gebouwd. Het is een groen, bosrijk gebied. Er loopt een smal riviertje doorheen die uitmondt in zee. Aan de rivier is een kleine scheepswerf vol met gekleurde boten, veel honden, kippen en een hele grote haan. Na een kwartier wandel ik het dorp in. Ook heerlijk om te herkennen waar je bent. Ik ga snel iets eten. Het wordt hier vroeg en snel donker. Ik weet dat ik niet in het donker over de zandweg wil lopen. Geniet van een curry met kip en cashewnoten. Wanneer ik terug ben, begint het te schemeren en ontstaat er een heerlijk lawaai. Ik weet niet precies wat ik allemaal hoor; krekels, kikkers, vogels? Het zijn geluiden die me in ieder geval erg blij maken.




Nog heel even in Singapore

Donderdagochtend kan ik wat rustiger aan doen. Tegen 10 uur ga ik de deur uit. Ik neem de verkeerde uitgang en loop met een omweg naar het Nationaal museum. Onderweg ontbijt ik in een klein hip koffietentje vlakbij kantoorgebouwen. Ik krijg een buzzer mee en ga lekker buiten onder een koele galerij zitten. En ouder Engels echtpaar begint een kletspraatje. Ze komen al 20 jaar naar Singapore en blijven nieuwe dingen ontdekken. Ik krijg wat handige tips. Mijn buzzer gaat. De vrouw is zo vriendelijk om deur open te houden wanneer ik met m’n dienblad met een cappuccino en een croissantbol met karamel-zeezout naar mijn tafeltje loop. Ze komen nog praten wanneer ik het gevecht met een plakkerige karamelbol aanga. Het gezellige kletspraatje wordt al snel een langdradige geschiedenisles. Ik heb m’n koffie en bol alweer bijna op wanneer ze vertrekken.

In parken hangen veel waarschuwingen voor otters. Ik heb er nog geen één gezien. In dit gebied, met veel kantoorgebouwen, hangen borden met de onheilspellende tekst ‘animals ahead!’

Oversteken mag, op straffe van hoge boetes, alleen bij oversteekplaatsen. Je moet geduldig zijn. Het duurt eeuwen voordat het groene mannetje verschijnt. De oversteektijd wordt aangegeven. Bij een knipperend groen mannetje mag je niet meer beginnen aan de oversteek. Wachten doe je ver achter de gele streep.

Door een parkje wandel ik verder en kom ik in een mooie open ruimte met een groot strak gemaaid grasveld en daarop een prachtig groot wit koloniaal gebouw, het voormalige stadhuis. Het is een mooie tentoonstelling over de geschiedenis van Singapore. Ik breng er een aantal uur door, inclusief lunch. Het is een mooi gebouw. Aan de voorkant zie je niet dat het museum met een modern gebouw is verbonden met het voormalig gerechtsgebouw. Ik heb bijna de hele tentoonstelling gezien wanneer er grote groepen schoolkinderen arriveren. Ze zitten in groepjes op de grond en luisteren naar de docenten. Het laatste deel is een video-animatie van een oerwoud met dieren en vallende bloemen.

Via universiteitsgebouwen loop ik naar Marina Bay. Het is warm maar goed te doen. Op open stukken, schuil ik voor de brandende zon onder mijn paraplu. Loop door een cultureel centrum en kom op een andere plek in de baai uit. In een ander deel van de baai zie ik het standbeeld van Merlion, een leeuw symbool van Singapore. Het is daar erg druk. Terwijl ik zit te genieten, word ik aangesproken door een Indiase jongeman. Hij is net aangekomen uit Zuid Afrika. Hij gaat een paar maanden naar Bali, yogalessen geven. Net te vaak noemt hij dat ik geluk heb dat ik hem ben tegen gekomen. Mensen betalen veel geld om zijn lessen te volgen. Hij heeft last van negatieve energie van het water en wil een stuk gaan lopen. Daar heb ik geen zin in. Ik ga hier wat drinken. Hij blijft aandringen en zegt te voelen dat ik problemen heb. Ik loop naar een terras. De drankjes zijn daar duur hoor ik hem nog roepen. Onder een grote parasol geniet ik van een inderdaad duur drankje.

Vlakbij de kassen die ik eerder heb bezocht, staan super trees, grote futuristische bomen met verticale tuinen. ’s Avonds is er een muziek en lichtshow. Via een loopbrug over het water ben ik er redelijk snel. Al is het even zoeken waar ik onder of bovenlangs de drukke weg kan oversteken. Het is al druk. Ik vind een plekje op de grond. Stipt kwart voor acht begint de show. Een bombastisch muziekstuk met de Andre Rieu-wals er in verwerkt, klinkt hard terwijl de bomen van kleur veranderen. Het is mooi om te zien. De show duurt een kwartier. Op weg naar de metro eet ik saté bij een hawker center. Ik ben voor mijn doen laat terug in mijn hotel en slaap heerlijk.

Vrijdag is mijn één na laatste dag in Singapore. De botanische tuin staat op het programma. Het is drukkend warm en het zweet gutst langs mijn hoofd en rug. Ik ga eerst ontbijten in een koffietent waar het heerlijk koel is. Wanneer ik naar buiten loop, lijkt het buiten nog klammer. De tuin/park is prachtig. Ik ben erg onder de indruk. Moet af en toe op een bankje bijkomen van de hitte. De openbare toiletten zijn in de hele stad volop aanwezig en erg schoon. In het park hangt er zelfs een ventilator in ieder toilet. Na mijn bezoek aan de tuin loop ik naar een hawker center. Het gaat regenen maar het blijft broeierig warm. Dit hawker center is bekend vanwege de nasi lemak, fluffy basmatirijst met kip of vis, een sambal en nootjes. Helaas zijn alle nasi lemak stalletjes zijn gesloten. Ik eet een heerlijke kip curry met pittige chilisaus en drink een blauw drankje. Ik was van plan om nog huisjes aan de andere kant van de stad te bekijken maar de drukkende warmte nekt me. Ik ga terug naar m’n hotel voor een verfrissende douche en een dutje. Doe boodschappen bij Mustapha’s center. Eet wat samosas.

Zaterdagochtend ga ik naar een kookcursus. De kookschool zit in een oude woning in Chinatown. We krijgen les van Sara, een Chinese vrouw van begin 40 schat ik. Het is een kleine groep, een Brits stel van in vijftig en een jonger stel uit Australië. De Australische vrouw en de Britse man zijn hier voor hun werk. Een jonge vrouw uit Thailand die al 10 jaar in Singapore woont en tot voor kort als stewardess werkte. Ze is zwanger en met verlof. En een Britse jongeman die sinds 2 dagen hier woont. Hij is voor 2 jaar uitgezonden, als enige van zijn bedrijf. We beginnen met het maken van het nagerecht, een gestoomde tapioca pudding waarvan we later blokjes snijden en die door cocosrasp rollen. We maken een curry met kip en aardappel. Die minder pittig en zoeter van smaak is dan de Thaise curries. Daarbij eten we een dunne pannekoek die in streepjes wordt gebakken. Sara informeert of de Thaise vrouw een hulp gaat nemen. Uit het gesprek dat volgt, begrijp ik dat het vrij normaal is om een hulp in huis te nemen. Filipijnse vrouwen zijn erg populair. Die sturen al hun geld naar huis, grappen Sara en de Thaise.

Begin van de middag ga ik terug naar mijn hotel. Het is erg druk op straat en warm. Ook in de buurt van mijn hotel is het erg druk op straat. Ik doe een dutje en pak mijn koffer in. Vanavond vlieg ik terug naar huis. Wel met enige spijt. Ik heb genoten van het heerlijke niets doen, op slippertjes en in zomerjurkjes lopen en natuurlijk al dat eten. En nu dan zo’n indrukwekkende stad.

Een gezellige taxichauffeur brengt me naar het vliegveld. Hij verteld dat hij 40 jaar en goede baan heeft gehad en de hele wereld is over gereisd. Hij is nu 69 jaar oud en werkt iedere dag als taxichauffeur. Wanneer ik vraag naar pensioen vertelt hij dat hij werkt om actief te blijven. We houden van werken, zegt hij lachend. Hij is enthousiast over de veiligheid, schone stad en goede voorzieningen. Hij kan voor € 0,70 per dag de hele stad doorreizen met openstaande vervoer. Auto's, zoals zijn taxi, moeten aan strenge milieueisen voldoen. Jaarlijks wordt de uitstoot van de auto’s gecontroleerd.

Ik geef mijn laatste dollars op de valreep uit aan een nasi lemak. In één van de hawker center om een meer authentieke versie te proeven, is een reden om terug te komen.








In actie in Singapore

Zondagochtend moet ik helaas echt afscheid nemen van dit heerlijke relaxte leven hier. Ik pak m’n koffer in en check uit. Eerst ontbijten. Er is geen tafeltje vrij in mijn favoriet ontbijttentje. Dus ga ik voor nummer 2. Daar tref ik Wieder aan. Vanwege ruimtegebrek deel ik opnieuw een tafel met hem. Wieder zit op z’n praatstoel. Aanstaande donderdag gaat hij de grens over bij Laos. Hij weet nog niet helemaal zeker maar hij denkt dat hij een paar dagen in Laos blijft. Het blikje komt weer tevoorschijn en hij stopt wat van het zwarte poeder in zijn mond. Ik vraag wat het is. Wieder heeft een zware nicotineverslaving. Roken was een te zware aanslag op zijn longen. Het zwarte goedje is een nicotinevervanger. Hij plakt het op zijn tandvlees en na verloop van tijd spuugt hij het uit. Ter illustratie tilt hij zijn lip op. Doesn’t look nice. Nee, het ziet er zeker niet fijn uit moet ik helaas beamen. Wieder kijkt uit naar de zomer in Noorwegen. Hij probeert zo zelfvoorzienend te leven. Hij jaagt op rendieren, konijnen, eenden en ganzen. Verzamelt paddenstoelen, bessen, etc. uit het bos en vist. Vooral krabben zijn z’n favoriet. Het vangen van kreeft blijkt iets lastiger. Ik vind het fascinerend. Ik leer dat het vlees van rendieren en elks vanwege hun dieet heel mager is en daardoor in de vriezer wel 10 jaar houdbaar is(!). Hij rookt zelf zijn vlees en vis. De tijd vliegt voorbij en het is alweer tijd voor mijn laatste lunch met Thomas. Ga nog snel even wat geld pinnen. Op weg naar de pinautomaat zie ik een man die me bekend voorkomt. Ben jij Claus vraag ik. De Thaise vrouw die naast hem zit, herkent mij en reageert enthousiast. Negen jaar geleden heb ik een paar dagen samen met Claus gereisd in Vietnam. Drie jaar geleden kwam ik hem hier op Koh Phangan weer tegen. Zijn Thaise vriendin is inmiddels zijn vrouw zag ik een tijd geleden op Facebook. Ik heb maar kort tijd om met ze te kletsen. Maar zo leuk om ze weer tegen te komen.

Ik ontmoet Thomas bij Nong m. Geniet van inktvis met knoflook en peper. Ik word hartelijk uitgezwaaid door het personeel. See you next year! Thomas rijdt me naar Thong Sala. Ik check in. Met de auto rijdt hij de pier op en zet me af voor de boot. Thomas houdt niet van lichamelijk contact. Ik mag hem een knuffel geven maar wel heel kort, zegt hij voordat we afscheid nemen.

Maandagochtend word ik rond 11 uur door de taxi opgehaald. Het is een kort ritje naar het kleine vliegveld. Mijn vlucht vertrekt op tijd en twee uur later ben ik er dan eindelijk: Singapore! Het stond al een tijd op het lijstje ‘dure bestemmingen waar ik ooit naar toe wil gaan’. Ik heb kunnen sparen de afgelopen jaren en hier ben ik dan.

Het eerste wat opvalt, is hoe rustig het op straat is voor zo’n dichtbevolkt land. Het begint heel hard te regenen wanneer de taxi de terminal uitrijdt. Je hebt regen mee genomen, grapt de taxichauffeur. Na een rit van ruim een half uur ben ik in mijn hotel. Ik heb een kamer in de wijk Little India. De wijk doet zijn naam eer aan. Je ziet vooral Indiërs, Indiase winkels en restaurants. Iets wat ik gisteren heb gegeten, is niet helemaal goed gevallen. Dus houd ik me in wat eten betreft. Dichtbij bij mijn hotel zit Mustapha’s center, een heel groot betaalbaar warenhuis met supermarkt. In Singapore is het een uur later en inmiddels is het begin van de avond. Ik ben de wereldstekker thuis vergeten. Hoewel ik een regenjas heb meegenomen, vermoed ik dat een paraplu in deze warmte handiger is. Reden om het warenhuis dat in de buurt is, te bezoeken. Ik kijk mijn ogen uit. Vreemde pannen, keukengerei, kleding, kruiden en heel veel kitsch. Zeker een winkel om naar terug te keren. Morgen heb ik een vol programma dus ga ik vroeg slapen.

Dinsdagochtend ga ik vroeg op pad. Cloud Forrest en de Flower dome staan op het programma. Ik ga met de metro. Moet me wel even in de route verdiepen omdat ze hier maar liefst 8 metrolijnen hebben. Wanneer ik mijn ov-chipkaart koop, vraag ik het voor de zekerheid nog even na. Ik loop naar het perron en twijfel slaat toe omdat het niet op een perron lijkt. Aan beide kanten van een soort gang zie ik allemaal deuren. Er staan wel mensen te wachten. Op de grond is aangeven waar je mag staan. Achter de deuren komt een overvolle metro aanrijden. Heel gedisciplineerd wachten de mensen op het perron tot iedereen is uitgestapt. Na een half uurtje en één overstap ben ik in de buurt. Ik wandel door een park naar twee futuristische kassen. Mijn kaartje heb ik online gekocht en ik kan snel naar binnen. Ik begin in Cloud Forrest, één een soort tropisch regenwoud inclusief een grote waterval. Ik wandel er met veel plezier. Het enige minpunt is de irritante Chinese klingel-klangel muziek die door de ruimte schalt. Het waarom is me niet duidelijk maar avatar is een thema. Hier en daar staan wat blauwe wezen tussen het groen. Ik laat een foto maken hoe ik er uit zou zien als avatar. Ik ga naar de andere kas, Flower dome die, zoals de naam doet vermoeden, met bloemen is gevuld. Ook mooi maar minder indrukwekkend als de eerste kas. Ik heb trek. Eet een hamburger met frietjes en maak een kletspraatje met een Amerikaans stel. Ze zijn op huwelijksreis die ze voornamelijk in Thailand gaan doorbrengen. Ik ben in de buurt van de wijk Marina Bay en wandel hier naar toe. Er staan veel moderne en bijzondere gebouwen. Ik geniet van het uitzicht bij het water. Loop door een groot winkelcentrum met hele dure winkels. Een bootje vaart door een gracht in het winkelcentrum.

Van mijn stappenteller krijgt ik complimenten. Het is bijna vier uur en erg warm. Ik loop naar het metrostation. Er rijden behoorlijk wat auto’s rond, scooters en motoren zie je hier nauwelijks. Wel redelijk wat fietsers. Fietsers rijden hier op model opvouwfiets en voornamelijk op de stoep. In de vele parken heb je vaak wel fietspaden.

Na een korte pauze wandel ik door de buurt naar een tempel. Een weinig charmant uitziende restauranthal wordt drukbezocht dit lokale bevolking. Ik ga er eten, blader heel lang dit enorme menu en ga uit eindelijk voor een soort nasi met vis.

Woensdagochtend gaat vroeg de wekker en hoor ik het nare geluid van harde regen. Het kost wat moeite om uit bed te komen maar om 9 uur loop ik naar de metro. Een half uurtje later ben ik in Chinatown. In de regen wandel ik naar mijn bestemming. Ik ga een oude woning bezoeken. Het kleine museum is maar één uur per dag open. Het is een mooi versierde woning. Ik word vriendelijk ontvangen door een Chinese vrouw. Wat een regen vandaag hè. Ik ben met tegenzin mijn bed uitgegaan, kwebbelt ze vrolijk. De rondleiding wordt gegeven door een elegante oudere Chinese vrouw. We wandelen door een mooie gerestaureerde weinig. Ze kan boeiend vertellen over de geschiedenis van de oorspronkelijke bewoners. Een Chinese handelsman getrouwd met een Maleisische vrouw. Het klimaat, met name vele regen, maakt behoud van de woning moeizaam. Samen met de universiteit doen ze onderzoek hoe ze op een zo authentieke wijze de woning verder kunnen restaureren. In woning hangen proefjes voor diverse soorten pleister.

Na de rondleiding begin ik aan een wandeling uit mijn reisgids. Ik bezoek veel tempels. Tegen lunchtijd ben ik aangekomen bij hawkercenter Maxwell. Hawkercenters zijn hallen met diverse eetstalletjes. Eén van de stallen heeft een Michelin ster. Daar ga ik eten. Ik moet even in de rij staan maar geniet van een gestoomde kip, in bouillon gekookte rijst en groenten in soja saus. Ik drink er ananassap bij. Helaas niet de lekkere verse zoals in Thailand maar een synthetische versie waarin twee extreem gele stukjes ananas drijven.

Ik maak mijn wandeling langs tempels en indrukwekkende kantoorgebouwen af. Ga terug naar m’n hotel voor een klein dutje. Rond vijf uur ga ik weer op stap, naar de Turkse wijk. Ik loop langs een grote moskee. In dit gebied geen hoge wolkenkrabbers maar lage oude huizen met houten luiken in vrolijke kleuren. Het winkelaanbod verandert, veel winkels met Turkse lampen en de bekende boze ogen, hippe boetiekjes, cafeetjes en muurschilderingen. Ik eet een falafel. Het is droog en het zonnetje schijnt. De regen heeft voor wat koelte gezorgd. Ik wandel terug richting mijn hotel en heb nog steeds trek. In dezelfde restauranthal als gisteren eet ik biryani met tandoori kip, een sterk geparfumeerde rijst met een wat droge kip. Helaas is Nederlandse tv terugkijken niet meer mogelijk. In bed kijk ik naar een film op Netflix maar val al snel in slaap.



















Nog steeds in de relax stand!

Maandagochtend, 6 februari, ben ik al vroeg wakker. Geniet nog even van het uitzicht terwijl ik mijn koffer inpak. Om tien uur check ik uit en ga nog op mijn gemak ontbijten. Ik bestel een groene thee en even later wordt er een erg groen drankje gebracht. Een Macha thee was niet de thee die ik in gedachte had. Een groot deel van de ochtend schrijvend aan mijn vorige verhaal door. Aan het begin van de middag ga ik naar mijn volgende bestemming, Chaloklum. Een klein vissersdorp een paar kilometer naar het noorden. Ik ben te vroeg en mijn kamer is nog niet klaar. Tot mijn grote vreugde zag ik op de heenweg een wasserette. Ik heb inmiddels een flinke stapel vuile was en breng deze meteen weg. Ga op mijn gemak wat eten. Wanneer ik terugkom is mijn kamer klaar. Het is een ruime kamer in een klein hotel direct aan zee. Niet het mooiste gedeelte van het strand maar zeker geen reden tot klagen.

Als voetganger is dit ook een fijne plek. Genoeg restaurants, cafeetjes en de supermarkt op loopafstand. Het allerbeste is dat het vlak is.

Dinsdagmiddag heb ik een lunch afspraak met Thomas. Het is niet echt strandweer maar in een korte broek liggend op een strandbed kom ik goed de dag door.

’s Avonds ga ik pizza eten. Het is heel druk maar ik heb echt zin in pizza dus wacht braaf op een plastic stoeltje tot er plek voor mij is. Al snel heb ik door dat dit heel lang kan gaan duren. Aan één van de tafels zit een nors kijkende man alleen te eten. Ik vraag of ik kan aanschuiven? Verstoord een weinig uitnodigend lijkt hij me aan. Ik zal niet tegen je praten hoor ik mezelf zeggen. Een zuinig goedkeurend knikje volgt. In afwachting van mijn pizza koekeloer ik op mijn telefoon en probeer oogcontact met mijn tafelgenoot te vermijden. Wanneer ik van mijn pizza geniet, zie ik vanuit mijn ooghoeken dat hij opkijkt vanaf zijn mobiel en tegen me begint te praten. Ben je op vakantie? Ja antwoord ik en voordat ik weet, ben ik in gesprek met mijn tafelgenoot. Wanneer ik vraag hoe hij heet, probeer ik een paar keer zijn naam te herhalen omdat ik het niet goed versta. Mijn 3e poging krijgt zijn goedkeuring. Het klinkt als wieder gevolgd door een rare klank die ik alweer ben vergeten op het moment dat ik ‘m uitspreek. ‘Wieder’ is een rossige Noor van begin 50. Sinds een aantal jaar overwintert hij op het eiland. Vanwege covid was dit een aantal jaar niet mogelijk. Hij kan niet goed tegen de donkere winters in Noorwegen, vertelt hij. Sinds november verblijft hij weer op Koh Phangan. Hij heeft een huis voor langere tijd gehuurd. Keuzes maken, lijkt hij lastig te vinden. Als 50+ kun je een visum voor een jaar aanvragen. Hij twijfelt of hij deze zal aanvragen of opnieuw voor een visum van drie maanden kiest. Naast de visa keuze stress heeft hij ook stress over zijn visum die binnenkort verloopt. Hij moet even de grens over een daarna is zijn visum weer 3 maanden geldig. Welke grens, wanneer hij zal gaan, de reis er naar toe, etc. leveren hem veel kopzorgen. ‘Wieder’ werkt niet meer. Ik word een beetje jaloers, wat heerlijk dat je op zo’n een jonge leeftijd van je pensioen kan genieten. De reden voor zijn vroege pensioen blijkt minder vrolijk. Hij is maatschappelijk werker en heeft jaren als een soort gezinshuis-ouder gewerkt. Het intensieve begeleiden en zijn betrokkenheid zijn de voornaamste redenen voor zijn burn-out. Voor hem ligt een mysterieus rond blikje met een zwart poeder waar hij regelmatig zijn vinger in doopt en in zijn mond stopt. Hij vertelt over zijn dagelijkse routine, zwemmen en yoga. Ik krijg tips waar je het beste kunt ontbijten. De pizzeria wordt gerund door een Italiaanse familie, vader en zoon. Economisch lijkt het beter te gaan met de gemiddelde Thai en werken ze nauwelijks meer in de horeca. Hun plaats is ingenomen door de vele vluchtelingen uit Myanmar. De Birmezen worden hier uitgebuit. Van Wieder hoor ik dat de kinderen ook geen toegang tot onderwijs hebben. De Italiaanse familie, die ook veel Birmezen in dienst hebben, zijn initiatiefnemers voor een school voor Birmese kinderen. Vorige week is de school geopend. Ik neem afscheid van 'Wieder'. Nu ik met een koffer reis, heb ik meer kunnen meenemen. Zoals wat gezichtsmaskers waar ik thuis nooit aan toe kom. Ik relax nog wat met een tissuemasker op en ga weer lekker vroeg slapen.

Woensdag is een wat regenachtige dag. Ik luier een groot deel van de dag. Aan het eind van de dag heb ik een afspraak met Michael en Gerard. Ze hebben me gisteren uitgenodigd om samen naar de zonsondergang te kijken en daarna wat te eten. Tegen vijf uur ga ik op pad naar Zen beach. Ik loop naar een fruitkraam met een bordje taxi. Mevrouw zegt dat het, in mijn eentje, een dure rit gaat worden. Ze adviseert me langs de weg op een taxi te wachten. Na 10 minuten wachten, vraag ik haar toch een taxi voor me te bellen. Haar man is al gaan vissen en haar puberzoon van 17 jaar heeft er geen zin in, vertelt ze. Ze moet er moeite voor doen maar ze weet hem te overtuigen Hij komt er aan, roept ze. Son difficult, zegt ze terwijl ze met haar ogen draait. We spreken een prijs af. Ineens staat er een grote auto voor m’n neus. Mijn taxi. De bestuurder lijkt een jongen van nog geen 14 jaar maar blijkt haar 17 jarige zoon. Hij spreekt geen woord Engels en kijkt nauwelijks naar mijn aanduiding op Google maps. Ik zie dat hij te ver is gereden. Met handen en voeten probeer ik duidelijk te maken dat hij moet terugrijden. Hij belt zijn moeder. Ik krijg haar aan de telefoon. Omdat hij moet terugrijden moet ik opeens veel meer betalen. Haar zoon blijft staan. Ik vertel haar dat haar zoon een slechte taxichauffeur is en dat ik niet meer ga betalen. Ietwat gepikeerd, stap ik uit. Ik ben al te laat maar gelukkig is het hier drukker en vind ik een taxi die me voor een redelijke prijs naar Zen beach. Hij kan niet wisselen maar wil me later ophalen en dan kunnen we verrekenen. Ik krijg mijn geld terug en zijn telefoonnummer. Ik ben blij dat dat de terugreis is geregeld. Gerard en Michael vind ik al snel. Ze begonnen zich al zorgen te maken. We lopen en stuk over het strand. Op één gedeelte zijn er vooral veel blote mensen die trommelend, dansend en mediterend de aankomende zonsondergang vieren. Wij zitten bij de bar. Dit is meer de plek voor de jonge mensen met sportschool-lichamen. In tegenstelling tot het andere deel van het strand dansen ze hier heel ingetogen. We vinden snel een paar stoelen. Onder het genot van een biertje genieten we van de zonsondergang. Het is een leuke sfeer. Mensen zijn aan het jongleren met lichtgevende ballen. Nog geen half uur nadat de zon onder is, is het strand bijna leeg en gaat de muziek zachter. Wij hoeven niet meer te schreeuwen naar elkaar en zijn er blij mee. We willen iets gaan eten. Michael biedt aan om met me mee te lopen terwijl Gerard met de scooter er naar toe rijdt. Voor het eerst deze vakantie word ik aangesproken door een motortaxi die verdekt in de bosjes staat. ‘Vroeger’ werd je om de haverklap aangesproken en dat maakte het een stuk makkelijker. Ik ben blij dat hij er staat, scheelt toch weer een flinke wandeling. We rijden naar het volgende plaatsje voor een heerlijke maaltijd aan het strand. Wanneer we terug naar huis willen, neemt mijn taxichauffeur zijn telefoon niet op. Het vinden van een taxi is net zo’n crime als op de heenweg. Uiteindelijk besluiten we op z’n Thais met z’n drieën op de scooter naar huis te rijden. Het is een flinke rit. Onderweg lassen we een benen-strekken-pauze in.

Donderdag, net wanneer ik naar het strand wil gaan, begint het te regenen. Het besef dat mijn relaxte verblijf eindig is, daalt in. A.s. zondag ga ik alweer terug naar Koh Samui. Tussen regenbuien door loop ik naar de supermarkt voor wat snacks. Ze hebben een reeks lekkere maar ietwat synthetische taartjes. Een soort monchou taartje met bosbessen en de chocolade variant zijn mijn favoriet.

’s Avonds regent het nog harder. Gelukkig zit het restaurant waar ze de lekkerste verse mangosap hebben een paar meter verderop. Ik kan droog overkomen en loop Michael en Gerard tegen het lijf. Ze zijn net klaar met eten maar houden me gezelschap.

Vrijdag ga ik naar het strand. Ik bereid me voor op het volgende deel van mijn reis. Doe onderzoek waar ik het beste een kookcursus kan volgen en koop een kaartje voor een klein museum dat maar een uurtje per dag open is.

Ik krijg een berichtje van Thomas. Hij is zo lief geweest om in Thong Sala een kaartje voor de boot en taxi voor mij te kopen. Hij is aan het lunchen vlakbij mijn hotel. Ik heb ook wel trek en loop terug naar het dorp. We blijven nog een tijdje kletsen en borrelen. Doe mijn eerste taartjes miskoop. Het aardbeienkwarktaartje smaakt te synthetisch en is mierzoet.

Vandaag, zaterdag, is mijn laatste vakantiedag. Ontbijt bij mijn favoriet ontbijtcafé. Rommel wat, probeer een kookcursus te boeken maar dat lukt niet omdat ik niet via Pay Pal kan betalen. Ik haal mijn schone was op en lunch voordat ik naar het strand ga.

Net als gisteren is het wat bewolkt en gelukkig niet heel heet. Ik schrijf dit verhaal, dobber in de zee en geniet met volle teugen. Op de weg terug naar mijn hotel probeer ik een keuze te maken wat ik vanavond ga eten.


Het heerlijke niets doen deel 1

De dagen kabbelen in een heerlijk rustig tempo voorbij. Dinsdagochtend wandel ik lekker over het strand en ontbijt bij een van de strandtenten. Thomas komt me ‘s middags ophalen voor een lunch. We rijden naar een ander dorp en eten heerlijk in een restaurant aan de pier. Het wordt een lange lunch. Op de terugweg maak ik een stop bij de supermarkt voor wat snacks omdat ik vermoed dat ik vanavond mijn huisje niet meer zal verlaten. Woensdag is een luie stranddag. Ik ontbijt in een hip tentje vol met mensen die hard aan het werk zijn op hun laptops. Op het strand vlij ik neer op een rode zitzak. In één van de bomen hangt een schommel die uitnodigt voor veel insta fotosessies. Dit tot mijn vermaak. Halve turnacts worden uitgevoerd voor een leuke foto. ’s Avonds eet ik aan het strand en lig ik heerlijk vroeg in mijn bed. Donderdag heb ik een afspraak met Thomas. Net als ik houd hij erg van eten. Vanmiddag staat een gerecht met geroosterd varkensvlees op het menu. Het is heerlijk. Ik ontmoet een aantal van Thomas’ vrienden. Over een aantal maanden gaan twee van hen trouwen. De voorbereidingen zijn in volle gang. Het wordt een groot feest. De bruid en bruidegom maken zich wel enige zorgen. Als ze de familie hun gang laten gaan, wordt het een veel groter feest dan dat zij voor ogen hebben. Het is een gezellige middag. Ga bij Thomas uitbuiken. Aan het begin van de avond ga ik met de taxi terug naar huis. De taxi deel ik met een Duits stel met kleine kinderen. Zij hebben een tijd in Wageningen gewoond en vinden het leuk om weer eens Nederlands te praten.

Vanaf donderdag heb ik een nieuw onderkomen met balkon, hangmat een uitzicht op zee. Vrijdag word ik gewekt door het geluid van een tropische regenbui. Het grootste gedeelte van de dag is het grijs en regent het. Ik kan moeilijk zien waar de zee ophoudt en de grijze wolkenmassa begint. Het is een goed excuus om in de hangmat te blijven liggen en lezen af te wisselen met korte dutjes. Zaterdag regent het nog steeds maar is het minder bewolkt. ’s Middags ga ik naar Thong sala. Mijn leesbril mist sinds deze ochtend een poot en ik heb behoefte aan wat actie. Ik wandel door het stadje en heb het snel gezien. Veel toeristenwinkels. Ik moet schuilen voor de regen in een bar en raak aan de praat met een Amerikaan en zijn Thaise vrouw. Tijdens mijn wandeling ben ik een beetje afgedwaald. De Amerikaan is zo lief om mij een lift te geven naar een gedeelte van de stad waar ik makkelijk een taxi kan vinden. Over een kleine markt loop ik naar de pier waar de taxi’s staan. Het vervelende van alleen reizen is dat je de hoofdprijs voor een taxi betaalt. Ze hebben een startprijs. Met meerdere passagiers is die een stuk lager. In één van de taxi’s zit een jongeman. Welke kant ga je op, vraag ik. Op de kaart laat hij zien dat we dezelfde kant op gaan. De chauffeur is op zoek naar andere passagiers, vertelt hij. Voor de taxi beginnen we te kletsen. Harry komt uit Engeland,is begin 20 en heeft een opvallend wit en recht gebit. Hij vertelt dat hij net is begonnen aan 10 maanden reizen door Azië. Het leuke is dat hij onder andere naar Japan en zuid Korea gaat. Zijn einddoel is Australië. Daar wil hij voor langere tijd verblijven en misschien een eigen loodgietersbedrijf beginnen. Een andere jongeman komt aanlopen en beide beginnen te gillen. Ik word meteen betrokken in het verhaal. Ze wisselen elkaar in rap tempo af maar het is al snel duidelijk. Ze hebben elkaar op een feest ontmoet en vonden elkaar leuk. Net toen hun contact spannend begon te worden, liep het met een sisser af omdat ze dachten dat ze werden betrapt. Je deed net je hemdje uit, dat is het laatste wat ik van je heb gezien, licht Harry nog even toe. De andere jongeman Ryan, woont sinds kort ook in Amsterdam maar spreekt geen woord Nederlands. De taxichauffeur heeft ondertussen genoeg passagiers en we vertrekken. Ryan gaat bij iemand thuis logeren. Een jongen die hij, ook op een feest, heeft ontmoet, heeft hem uitgenodigd. De chauffeur gebaart dat Ryan naast hem moet komen zitten. Daar heeft hij geen zin in. Ik wil met jullie kletsen, pruilt hij terwijl hij plaats neemt op het bankje naast ons in de laadruimte. Ik geniet van hun verhalen. Ze feesten wat af. Beide zien er uit om door een ringetje te halen. Ondanks dat Ryan vaak met zijn handen door z’n haar gaat, schiet zijn kapsel steeds weer keurig in model. Ik ben bijna in de buurt en moet nu even opletten, zegt hij opeens. Nauwkeurig houdt hij de route in de gaten. Harry en ik kletsen vrolijk verder. Het is een rit landinwaarts. We zijn ergens in een jungleachtig gebied met weinig huizen. De taxi rijdt een terrein op met een houten huisje en een opvallend gele sportauto voor de deur. Ik meen enige vertwijfeling bij Ryan te zien wanneer we hem en zijn grote rolkoffer daar achter laten.

Harry komt voor de fullmoon party. Hij heeft alleen nog een te dure kamer voor 3 dagen kunnen boeken. Hij twijfelt of hij gaat feesten. Hij heeft ook wel behoefte aan rust. Wanneer we afscheid nemen, krijg ik een dikke knuffel.

Zondag ga ik met Thomas toeren. Hij komt me vroeg ophalen. Het is een mooie rit door de bergen. We bezoeken een waterval met weinig water en wandelen over de reusachtige keien.

We drinken koffie en citroengrasthee in een klein café in de bergen gerund door een Zwitser en zijn Thaise vrouw. We bezoeken twee prachtige stranden. Ik eet heerlijk gegrilde kippenvleugels met frietjes.

Aan het eind van de middag zet Thomas me thuis af. Over een paar uurtjes komt hij me weer ophalen. We gaan de een foodmarkt in Chaloklum. Rond de pier staan allerlei kraampjes met eten. Op de vier staan tafeltjes. Het is al aardig vol maar we vinden een tafeltje. Thomas heeft afgesproken met Michael en Gerard, vrienden uit Nederland die ieder jaar naar Koh Phangan komen. Al jaren vertelt Thomas over hen maar ik loop ze steeds mis. Vandaag ga ik ze eindelijk ontmoeten. Het voelt heel vertrouwd wanneer ik ze ontmoet en al snel zitten we gezellig te kletsen. We eten verschillende kleine gerechten. De sfeer is relaxed. De volle maan komt op vanachter de berg. Het is een mooi spektakel. Vooral omdat de maan precies bij de top van de berg opkomt. Het was een lange maar zeer geslaagde dag. Meer dan tevreden duik ik mijn bed in.